Er is iets mis gegaan.

Het lukt niet om de pagina die je zocht op KNVB.nl te laden.

Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.

Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.

Aansluiten bij de ontwikkelingsfase van jeugdspelers

Met Mark Bakker, voormalig jeugdtrainer bij SDC Putten en momenteel hoofdtrainer bij tweedeklasser FC Horst, kijken we naar de verschillen die binnen een team kunnen ontstaan en de kenmerken die bij de verschillende leeftijdsgroepen horen. Verschillen in geslacht, achtergrond en normen en waarden, hoe ga je daar als trainer het beste mee om? Een monoloog. 

Als trainer is het belangrijk te weten wat de beginsituatie is van de speler. Die beginsituatie bestaat uit onder andere geslacht, afkomst, leeftijd, leefomstandigheden, voetbalvaardigheid, voetbalkennis/-inzicht en sociale competenties. Mark Bakker, naast hoofdtrainer van FC Horst ook KNVB-docent: “Het is vooral belangrijk om naar het individu te kijken. Zeker bij de jeugd moet dat voorop staan. Jeugdvoetbal noem ik wel eens een individuele sport wat betreft het opleiden van spelers binnen de selectieteams. Daarbuiten is het vooral belangrijk dat spelers zich op hun gemak voelen en dus voetballen en sporten met hun vrienden omdat het heel erg leuk is.” 

Jeugdvoetbal noem ik wel eens een individuele sport wat betreft het opleiden van spelers binnen de selectieteams 

“In de selectieteams bij de jeugd is het belangrijk het individu zo op te leiden dat hij of zij later op een zo hoog mogelijk niveau kan en wil voetballen. Misschien wel het belangrijkste is dan om goed in kaart te krijgen wat de motivatie is van de speler. Spelers die alles uit zichzelf willen halen, kun je als trainer veel meer beïnvloeden op technisch, tactisch en persoonlijk vlak dan voetballers die het leuk vinden met hun vrienden/vriendinnen te voetballen, maar niet de ambitie hebben om als individu het hoogst haalbare te bereiken.” 

Blik op het individu 

“In mijn opleidingstijd tot docent lichamelijke opvoeding op de ALO in Amsterdam werd ik steeds meer bewust dat het vak trainer/docent er niet om draait de ander mijn wil of idee op te leggen, maar om vanuit de speler te kijken. Daarbij gaat het over bijvoorbeeld geslacht, karakter, gewoontes, normen, waarden en motivatie. Zo heb ik in de jeugd een aantal meisjes getraind in een jongensteam O13. Die meiden waren in gedrag minimaal één jaar ouder dan de jongens. Meiden komen eerder in de pubertijd en dat merk je zowel fysiek als sociaal. Op sociaal gebied wilden de meiden vaker weten waarom ze iets moesten doen. Jongens deden het gewoon. Fysiek was het verschil na de O15 weer bijgetrokken en werd het steeds moeilijker voor de meiden om zich staande te houden tussen de jongens. Als trainer moet je dan inspelen op de beleving en gedragingen van de verschillende spelers en speelsters.” 

“Als trainer is het heel belangrijk om eerst aan de relatie te werken, voordat je de spelers kunt beïnvloeden. Soms heb je weleens te maken met ‘moeilijke’ spelers. Waarschijnlijk komen ze aan die naam doordat ze andere normen en waarden hebben dan de trainers die hen eerder hebben getraind. Het is dan belangrijk om dit van een speler te weten, zodat je er als trainer op kunt inspelen. Over het algemeen zijn dit spelers met speciale kwaliteiten, die net even anders denken dan de gemiddelde spelers in een groep. Dit heeft ze waarschijnlijk ook gemaakt tot wie ze zijn. Daarom moet je dit ook nooit helemaal willen veranderen. Wel is het belangrijk dat iedereen snapt dat voor iedereen dezelfde afspraken en regels gelden als je met elkaar je sport beleeft en je samen in een team zit, niet alleen voor de spelers, maar ook voor de begeleiding. Inspraak hebben als speler is prima en vaak ook gewenst. Op die manier worden het afspraken van het team en niet alleen van de trainer.” 

Winnen versus ontwikkelen 

Als trainer is het heel belangrijk om eerst aan de relatie te werken voordat je de spelers kunt beïnvloeden

“Hoewel ik eerder zei dat jeugdvoetbal eerder een individuele sport is dan een teamsport, vind ik ‘een team zijn’ heel belangrijk. Sterker nog, nu ik een eerste elftal train, gaat het erom dat het beste team er zo vaak mogelijk staat tijdens de wedstrijden. De gehele club verwacht namelijk dat we winnen. Hierin is het soms wel lastig alle individuele gedachten bij elkaar te brengen. Als trainer wil je dicht bij jezelf en jouw visie als trainer blijven en kun je uitleggen waarom je bepaalde keuzes maakt. Vervolgens is het aan de spelers daar iets mee te doen. Dit is ook bij jeugd een belangrijk punt, maar dan zijn de achterliggende gedachten en belangen anders dan bij een eerste elftal.” 

“De doelstellingen die de KNVB per leeftijdsfase bij de jeugd heeft neergezet is logisch en past goed bij de ontwikkelingspsychologie van de mens, van O7, waar het gaat om het beheersen van de bal, naar O9 waar het gaat om doelgericht handelen tot de O19 waar het gaat om presteren als team in de competitie. Van een peuter die in de ‘ik-gecentreerde wereld’ leeft naar een jong-volwasse die bijna als een volwassene zelfstandig moet kunnen instaan voor de gevolgen van al zijn gedragingen. De leeftijdskenmerken geven een trainer veel inzicht om bepaalde ontwikkelingen bij jeugd te begrijpen.”

Laatste nieuws