Het lukt niet om de pagina die je zocht op KNVB.nl te laden.
Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.
Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.
KNVB.nl
Voor nieuws en ondersteuning van het Nederlandse voetbal.
Oranje
Het officiële kanaal van de KNVB voor alle Oranjefans.
Voetbal.nl
Hét platform voor uitslagen, standen en programma voor amateurvoetballend Nederland.
Eurojackpot KNVB Beker
Voor het laatste nieuws, uitslagen en programma van de Eurojackpot KNVB Beker.
Eurojackpot Vrouwen Eredivisie
Het officiële kanaal van de Eurojackpot Vrouwen Eredivisie met het laatste nieuws, programma, standen en alle samenvattingen.
Rinus
De online assistent voor alle jeugdtrainers van Nederland.
KNVB Campus
Voor de teams van morgen.
KNVB Shop
De officiële webshop van de KNVB.
KNVB Ticketshop
Het officiële verkoopkanaal voor de KNVB. Koop hier je tickets voor Oranje en de Eurojackpot KNVB Beker.
Dugout
De digitale leeromgeving van de KNVB
Eén Tweetje
De online community voor bestuurders in het amateurvoetbal.
KNVB Expertise
Kennis- en innovatiecentrum voor Betaald Voetbal.
Foto: KNVB Media
Wie kan er coachen en wie wil er fluiten? Hoe laat moet iedereen zaterdag aanwezig zijn? Wie neemt de ballen en het keepersoutfit mee? Vorig seizoen waren de antwoorden op zulke vragen niet altijd duidelijk bij de JO7 van SVMM (Sportvereniging Maarn-Maarsbergen). Er miste een stukje coördinatie. Daarom besloten Ted Griffioen en twee andere vaders om daar dit seizoen - inmiddels dus bij de JO8 – het voortouw in te nemen. Iedere week verdelen zij onder elkaar de rollen van coach, assistent-coach of spelbegeleider. Ondertussen houdt een moeder contact met de club en ouders als teamleider, verzorgt een vader keeperstraining en nemen andere ouders hun verantwoordelijkheid in het autorijden of in het verzorgen van het teamfruit. “Terwijl de kinderen op het veld aan het ontdekken zijn wat hun favoriete positie is, zijn wij als ouders langs de kant eigenlijk ook op zoek naar onze ideale rol.”
Voorafgaand aan iedere wedstrijd hebben Griffioen en de twee andere vaders appcontact. Ze bepalen wie die zaterdag de coach is, wie de rol van assistent-coach op zich neemt en wie indien nodig gaat fluiten. Griffioen licht toe: “Als je voorafgaand aan het seizoen toezegt dat je dé coach bent, heb je eigenlijk ook de verantwoordelijkheid om er elke week te zijn. Dan voelt het veel zwaarder om je af te melden. Als je de verschillende rollen het hele seizoen met een vast groepje oppakt, kun je een berichtje sturen zonder je schuldig te voelen: ‘ik kan zaterdag niet, kan één van jullie de coach zijn?’
Bij leeftijdscategorieën als de JO8 is ook de rol van de assistent-coach volgens Griffioen maar wat belangrijk. Terwijl de coach zich bezighoudt met het spel en de wissels, heeft de assistent buiten het veld alle tijd voor de kinderen die op dat moment niet spelen. Ze willen bijvoorbeeld een balletje overspelen, in plaats van stil zitten. “Maar dat is niet het enige. Als een speler geblesseerd raakt en moet huilen, kan de assistent hem opvangen. Of als je een uitwedstrijd speelt en een van de wisselspelers moet naar de wc, dan kan diegene meelopen. Als coach kun je dan gewoon bezig blijven met de wedstrijd. Soms denk ik weleens: hoe doen coaches dit in godsnaam allemaal in hun eentje? Je hebt echt veel verantwoordelijkheden. Ik kan me een wedstrijd herinneren die ik alleen deed, toen had ik zoveel petten op dat ik me eigenlijk niet kon concentreren. En je wil óók nog genieten van het spel en van je eigen zoontje.”
Ook is er niet altijd een scheidsrechter, bij de pupillen nog een spelbegeleider genoemd. Griffioen: “Daarom stuur ik voor een thuiswedstrijd altijd een bericht naar de wedstrijdsecretaris met de vraag of er een scheidsrechter is. Zo niet, dan moet een van ons die rol op zich nemen. Je hebt dus zo al drie vaste rollen nodig. En dan moet er ook iemand voor zorgen dat er in de rust wat fruit is en zijn er ouders nodig die willen rijden. Inmiddels werkt die afstemming goed. Vorig jaar was het voor ons allemaal nieuw om betrokken te zijn bij een jeugdteam en ontbrak het aan wat structuur. Dit seizoen hebben we veel meer rust. Als wij de randzaken gestroomlijnd laten verlopen, waardoor we overal netjes op tijd komen, nog even een praatje kunnen maken met de tegenstander en de kinderen lekker warm kunnen spelen voordat we beginnen, zorgen we ervoor dat zij gewoon plezier kunnen maken op het veld.”
Ook als de onderlinge afstemming goed verloopt, zoals nu, blijft het soms een beetje zoeken. “Terwijl de kinderen op het veld aan het ontdekken zijn wat hun favoriete positie is, zijn wij als ouders langs de kant eigenlijk ook op zoek naar onze ideale rol. Ik weet bijvoorbeeld dat een aantal het verschrikkelijk vinden om te fluiten, dus dan hoeven zij het niet te doen. Zo ligt ieders kracht weer ergens anders. Voor de een is dat het coachen of het rijden naar wedstrijden, voor de ander is dat het uitvragen wie er zaterdag aanwezig kunnen zijn of het regelen van een teamuitje. Zo probeert iedereen binnen hun eigen kunnen een steentje bij te dragen en ook te onderzoeken hoe leuk iets is. Ik weet zelf ook niet precies wat nou écht mijn rol zou moeten zijn. De ene keer ben ik scheids, de ander keer coach of assistent.”
— Het voetbalplezier van de kinderen staat voorop.
Maar of Griffioen nou de coach van dienst is of één van de andere vaders: bij ieder van hen staat het voetbalplezier van de kinderen voorop. “Aan het begin van dit seizoen hebben we met ons groepje afspraken gemaakt. De belangrijkste waren dat we de kinderen niet teveel instructies zouden geven en we ons zouden richten op plezier en fair play. Zij hebben het zelf al vaak genoeg over winnen en doelpunten scoren, dus dat hoeven wij als coaches dan niet ook nog te doen. Wij moeten gewoon zeggen: ‘mooie sliding!’, of ‘mooie actie!’.”
Dat kinderen uit zichzelf al veel met winnen en doelpunten bezig zijn, betekent automatisch ook dat verliezen, de bal moeten afspelen of als wissel beginnen niet leuk is. Als coach moet je daar goed mee om weten te gaan. “Wij proberen ze ook bij een verlies een goed gevoel te geven. Soms sta je na tien minuten al met 3-0 achter, dan moet je de kinderen toch motiveren om gewoon lekker te blijven voetballen en hen laten inzien dat een ander team soms beter is. Zo leren ze ook omgaan met verlies. Ook is het op deze leeftijd nog zo dat sommige kinderen het heel moeilijk vinden om over te spelen. In de manier waarop je daar toch wat op aanstuurt, moet je als coach wel een goede balans zien te vinden. Van de ene kant wil je dat de kinderen lekker hun acties maken en dat de andere kinderen het hun teamgenootje op dat moment ook gunnen dat hij zelf probeert te scoren, van de andere kant moeten ze wel leren dat het een teamsport is en je sámen de wedstrijd probeert te winnen. Met de wissels is het net zo: wij spelen in totaal vier kwarten en het ene kind speelt dan het eerste en het derde kwart, de ander het tweede en het vierde kwart. Als coach heb je een schemaatje op je telefoon of op een blaadje met wie wanneer speelt. Het geeft de kinderen rust dat er iemand is die dat bepaalt en dat er een verdeling is gemaakt.”
Inmiddels is het seizoen alweer over de helft en rijst langzaam de vraag of Griffioen de komende jaren – wanneer zijn zoontje doorstroomt naar de JO9 en verder – ook weer op dezelfde manier van de partij zal zijn. Die kans zit er dik in. “Wij zijn een klein dorpsclubje en moeten relatief veel zelf regelen, maar ik vind het juist heel erg leuk om dat samen met betrokken ouders op te pakken. Als er vanuit de club één coach op wordt gezet, word je als ouder vanzelf passiever. Nu is de noodzaak er dat een aantal ouders wat meer doen. De manier waarop we dat dit seizoen hebben ingericht, bevalt heel goed. Nu dragen we bij aan het speelplezier van onze kinderen en zijn we allemaal nauw betrokken bij hun ontwikkeling. Dat is het allermooist.”