Het lukt niet om de pagina die je zocht op KNVB.nl te laden.
Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.
Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.
KNVB.nl
Voor nieuws en ondersteuning van het Nederlandse voetbal.
Oranje
Het officiële kanaal van de KNVB voor alle Oranjefans.
Voetbal.nl
Hét platform voor uitslagen, standen en programma voor amateurvoetballend Nederland.
Eurojackpot KNVB Beker
Voor het laatste nieuws, uitslagen en programma van de Eurojackpot KNVB Beker.
Eurojackpot Vrouwen Eredivisie
Het officiële kanaal van de Eurojackpot Vrouwen Eredivisie met het laatste nieuws, programma, standen en alle samenvattingen.
Rinus
De online assistent voor alle jeugdtrainers van Nederland.
KNVB Campus
Voor de teams van morgen.
KNVB Shop
De officiële webshop van de KNVB.
KNVB Ticketshop
Het officiële verkoopkanaal voor de KNVB. Koop hier je tickets voor Oranje en de Eurojackpot KNVB Beker.
Dugout
De digitale leeromgeving van de KNVB
Eén Tweetje
De online community voor bestuurders in het amateurvoetbal.
KNVB Expertise
Kennis- en innovatiecentrum voor Betaald Voetbal.
Op de foto links vooraan, in blauwwit T-shirt, Rik Impens (28) uit het Belgische Wichelen. Hij speelt zeven jaar bij HSV Hoek. Rechts op de foto, in blauwwit T-shirt, Steve Schalkwijk (31) uit Vlissingen speelt vier jaar bij Hoek. - Foto: Sanne Donders
Het Zeeuwse HSV Hoek trekt al decennia veel Belgische spelers en trainers aan. Hoe mixt dat bij de gerenommeerde amateurclub met de Nederlandse spelers? De Belgische aanvoerder Rik Impens en Nederlandse topscorer Steve Schalkwijk geven los van elkaar hun visie.
Rik Impens (28) uit het Belgische Wichelen, speelt zeven jaar bij HSV Hoek: “Ik ben echt veranderd. Ik ben directer geworden, ik zeg het sneller als er iets is, heb meer zelfvertrouwen. Dat heb ik hier geleerd, zeker de eerste jaren, toen speelden er nog maar vier Belgen bij Hoek. Ik houd van die directe mentaliteit. Gewoon in de rust zeggen dat het slecht is als het slecht gaat. Niets achter iemands rug om doen.”
“Ik heb fantastisch gewerkt met de Nederlandse trainers die ik heb gehad. Die staan meer midden in de groep, er is ruimte voor discussie. Belgische coaches zijn hiërarchischer. Wat hij zegt, voer je uit. Er is veel duidelijkheid, dat is op zich ook prettig werken. Al geef ik toch mijn mening tegenwoordig.
Ik vind dat je je moet aanpassen als je bij een Nederlandse club komt
“Ik vind ook dat je je moet aanpassen als je bij een Nederlandse club komt. In het begin schrik je als het er hard aan toegaat, denk je dat er echt enorme ruzie is. Maar Nederlanders zijn dat snel weer vergeten. Veel Nederlandse ploeggenoten zijn goede kennissen geworden.”
Rik: “Dit seizoen zitten er nog maar zes Nederlandse spelers in de selectie, de rest is Belg, de trainer ook. Ik heb liever dat het fifty fifty is, dan heb je een beter evenwicht en zullen tegenstanders ons ook niet zo snel 'die Belgen' noemen, soms met een scheldwoord ervoor.”
— Rik vindt zichzelf echt veranderd: 'Ik ben directer geworden, ik zeg het sneller als er iets is, heb meer zelfvertrouwen. Dat heb ik hier geleerd.'
“Hoek is en blijft een Nederlandse club, vind ik, qua mentaliteit. En natuurlijk ook door de frietkraam in de kantine. In België, dat nota bene bekendstaat als frietland, kun je hooguit een zakje chips krijgen. Er is daar wel meer vertier na de wedstrijd dan bij Hoek, maar dat komt ook doordat wij vaak ver moeten rijden. Vorig seizoen moesten we nog naar Groningen en Friesland, dan zit je zo zes, zeven uur in de bus.”
Wij dollen elkaar allemaal, er wordt geen enkel onderscheid gemaakt. Alleen als het Nederland-België is of een Nederlandse club tegen een Belgische speelt, ja dan speelt de nationale trots wel op
Rik: “Gelukkig is het best gezellig onderweg, er wordt gekaart, soms doen ook de Nederlanders eraan mee. We dollen elkaar allemaal, er wordt geen enkel onderscheid gemaakt. Alleen als het Nederland-België is of een Nederlandse club tegen een Belgische speelt, ja dan speelt de nationale trots wel op. Maar altijd op een leuke manier.
“Het leren van elkaar stopt nooit. Nederlandse ploeggenoten hebben een keer nasi en kipsaté voor me klaargemaakt. Amai, dat was heerlijk! En je weet: de liefde van een Belg gaat door de maag.”
Steve Schalkwijk (31) uit Vlissingen speelt vier jaar bij Hoek: “Of dit een saamhorige groep is? Nou het verschil in dialect, maar ook in mentaliteit is soms een struikelblok. Kijk, ik kom van Vlissingen, dat noemen ze ook wel klein-Rotterdam. Wij hebben het hart op de tong, zijn best brutaal en hard, we romantiseren niets, integendeel. We knallen alles eruit, soms moeten we daarvan terugkomen.”
Het verschil in dialect, maar ook in mentaliteit is soms een struikelblok
“Ik ook, hoor. Belgen hebben het meer achter de ellebogen, zo luidt het cliché. Maar bij ons valt dat heel erg mee, en als het zo is dan gaat dat er snel van af. Het zijn vooral lieve jongens.”
— Steve: 'Belgen zijn een stuk liever, socialer. In het veld vind ik ze te sociaal soms. Ze gaan pas schreeuwen als ze echt pijn hebben.'
Steve: “Belgische trainers zijn heel streng. Man, man, man, ik heb trainers meegemaakt die bulderden dat zij de baas waren en dat je gewoon moest uitvoeren wat zij zeiden. Daar had ik dan wel moeite mee, dat botst soms. Als zo’n trainer tegen een Belgische speler zegt: ‘spring van het dak’, nou dan ligt-ie al beneden. Een Hollander zegt: waarom moet ik springen? Goed, ik overdrijf misschien een beetje. Dat is dan weer typisch Nederlands, hè, overdrijven om je punt te maken.”
Steve: “Belgen hoor je dat niet snel doen, die zijn een stuk liever, socialer. In het veld vind ik ze te sociaal soms. Ze gaan pas schreeuwen als ze echt pijn hebben. Tijdrekken doen ze niet. Daar zijn wij Nederlanders dan weer wat gehaaider in.”
Als zo’n trainer tegen een Belgische speler zegt: ‘spring van het dak’, nou dan ligt-ie al beneden. Een Hollander zegt: waarom moet ik springen?
“Je kunt goed met ze op stap trouwens, biertjes gaan er vlot in en ze ruimen zelf hun rommel op. Kunnen wij nog wat van leren. Ze vragen me soms mee, maar ik ga na de wedstrijd lekker naar mijn gezinnetje. Zie ik de volgende dag een foto op Instagram dat ze een superavond hebben gehad in Antwerpen. Ja, dan denk ik wel: shit, waarom ben ik nou weer die nuchtere Nederlander geweest?”
“In de bus is het best gezellig. Maar aan kaartspelletjes doe ik alleen mee als we 31-en of zo, die Belgische spelletjes vind ik te onduidelijk, dan haak ik af. Ik heb ze wel nasi leren eten. En voor mij nemen ze altijd een eclair mee uit Antwerpen. Ja, nu moet ik dus weer ergens van terugkomen: eigenlijk is dit al met al best een saamhorige groep.”
— Volgens Steve en Rik wordt er geen enkel onderscheid gemaakt en dollen ze elkaar allemaal.
Tekst: Bart Vlietstra