Er is iets mis gegaan.

Het lukt niet om de pagina die je zocht op KNVB.nl te laden.

Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.

Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.

‘De speler centraal’ bij online bijscholingsdag Jeugdplan Nederland

KNVB Media
KNVB Media
19 januari 2022, 15:00

Foto: KNVB Media

Wekelijks gaan KNVB talentcoaches- en scouts op bezoek bij jeugdteams van amateurverenigingen. De spelers van deze verenigingen met de meeste aanleg en potentie, krijgen een uitnodiging voor het Jeugdplan Nederland (JPN). Zowel voor jongens als meiden, in iedere leeftijdscategorie, zijn de JPN-trainingen en- wedstrijden een podium waarop ontwikkeling naar een hoger voetbalniveau plaatsvindt. Voor iedereen die als trainer, coach of in een andere opleidingsfunctie in het JPN actief is, organiseerde de KNVB op 9 januari 2022 een JPN-dag met als thema ‘de speler centraal’.

De JPN-dag is niet alleen een bijscholingsmoment met workshops, maar ook een dag waarop trainers en coaches bij elkaar komen en kunnen sparren over ontwikkelingen in hun vakgebied. Door het coronavirus was een fysieke bijeenkomst op 9 januari niet mogelijk, maar de organisatie liet zich niet uit het veld slaan. “In Zeist hadden we elkaar kunnen zien, enthousiasmeren en gezamenlijk voetbal kunnen beleven”, vertelt Peter Jeltema, Hoofd Talentontwikkeling bij de KNVB. “Dat missen we in deze tijd en daarom was ons er alles aan gelegen om deze dag op de een of andere manier te laten doorgaan. We willen met onze trainers en coaches zo goed mogelijk voorbereid het nieuwe jaar in en dus kozen we voor een online alternatief, dat in nauwe samenwerking met Tim Lubout van de KNVB Academy tot stand is gekomen.”

Waar een clubtrainer een heel seizoen lang bij hetzelfde team betrokken is, zien de JPN-trainers- en coaches de voetballers slechts enkele uren per activiteit. De begeleiding is dus telkens van korte duur, maar intensief. “En dat is echt een groot verschil”, aldus Jeltema. “Aan ons als trainer-coaches was de taak om zoveel mogelijk mee te nemen uit het aanbod van vandaag, zodat we de voetballers binnen het JPN zo goed mogelijk kunnen blijven ondersteunen. En het liefst doen we dat zo snel mogelijk weer live.”

Individuele voetbalhandelingen coachen

Marcel Lucassen, directeur Voetbalontwikkeling van de KNVB, trapte af voor de negentig aanwezigen. Hij lichtte de (theoretische) kaders toe waarbinnen je als trainer werkt en die je kunt gebruiken bij het analyseren en coachen van een individuele speler. “In het voetbal is communicatie van de hoogste orde, verbaal en non-verbaal. Dat vindt op teamniveau plaats. Je wil natuurlijk dat je spelers van elkaar begrijpen wat ze binnen de teamfuncties aanvallen, omschakelen en verdedigen gaan doen. Als het hele team begrijpt wát je wil gaan doen, geeft dat jou als trainer de mogelijkheid om het individu te gaan coachen. Elke voetbalhandeling die een speler binnen de teamfuncties uitvoert, zoals een pass geven of vrijlopen, is namelijk individueel. Daar zit voor ons als de trainers de winst: in het individueel kunnen coachen van een speler, binnen de ontwikkeling van het hele team.”

Daar zit voor ons als de trainers de winst: in het individueel kunnen coachen van een speler, binnen de ontwikkeling van het hele team

Bij de individuele coaching zou je gebruik moeten maken van een objectief theoretisch kader. Een kader met voetbal als startpunt, dat vrij is van meningen en ervaringen en dat je bij zowel een Nederlandse als Afrikaanse club moet kunnen toepassen. Overal betekent ‘passen’ immers hetzelfde. “Als trainer spreek je de voetbaltaal, zoals een dokter de medische taal spreekt. Wanneer een speler de bal bij een aanname van zijn voet laat springen, hoor je vaak ‘focus!’ of ‘concentreer je!’. Dat zijn subjectieve termen die worden overgenomen uit een expertisegebied als de psychologie; dat is geen voetbaltaal. Zulke externe factoren moet je als trainer altijd door het filter van jouw voetbaltheorie halen.”

Vier eenheden

Maar hoe pak je dat dan aan? Hoe analyseer en coach je jouw spelers altijd op een objectieve manier? Lucassen legt uit: “Iedere individuele voetbalhandeling van een speler begint met het maken van een keuze. Vervolgens voert de speler die keuze uit. Elke keuze en iedere uitvoering kun je analyseren aan de hand van de juiste kaders, in dit geval de eenheden ‘positie’, ‘moment’, ‘richting’ en ‘snelheid’. Als een speler probeert vrij te lopen doet hij dat op een bepaalde positie, op een bepaald moment, in een bepaalde richting en met een bepaalde snelheid. Dat zijn geen zeven eenheden, ook geen drie, maar altijd deze vier. Bij het analyseren en coachen kun je deze altijd als uitgangspunt nemen.”

“Dan kun je denken aan een speler die op een bepaald moment de keuze maakt om druk te gaan zetten op de tegenstander”, vervolgt Lucassen. “Dat is goed, want dat heb je afgesproken met je team. Vervolgens gaat het om hoe de speler het drukzetten uitvoert. Dit kun je analyseren aan de hand van zijn positie, moment, richting en snelheid. Roep hem bij je, en zeg: ‘de keuze om druk te zetten was goed. In de uitvoering miste ik nog iets. Je positie was goed, het moment was goed en de richting was goed, maar je had teveel snelheid. Je liep te hard op de tegenstander af, waardoor hij je gemakkelijk voorbij kon spelen.’ Dat de speler begrijpt dat zijn snelheid iets te hoog lag, is essentieel om hem te helpen. Die kaders zijn puur objectief, er zit geen mening in verscholen. Op basis daarvan kun je zulke details duidelijk gaan coachen. De speler gaat die woorden overnemen en de volgende keer kun je hem met diezelfde, voetbaltheoretische kaders weer verder helpen.”

Waarom, hoe en wat van spelprincipes

Na de opening van Lucassen verdeelden de deelnemers zich over de drie workshops, waarvan er één werd verzorgd door Iddo Roscher. De Hoofd Ontwikkeling & Prestatie van de FC Twente/Heracles Academie nam de aanwezigen mee in de wereld van spelprincipes. Ook bij het JPN is hier steeds meer aandacht voor. “Waar voorheen gekeken werd naar formaties en patronen, werken meer en meer voetbaltrainers met spelprincipes als basis voor hun speelwijze”, aldus Roscher. “Maar waarom gebruik je spelprincipes? Hoe ga je de spelprincipes vervolgens trainen? En wat betekent dat concreet voor het gedrag van je spelers?”

Roscher hoopte de aanwezige trainers te leren om de spelprincipes niet alleen in het kader van de waarom, de hoe en de wat te gaan zien, maar vooral in het kader van het individu en het coachen daarvan. “Daarbij moet je constant het randje opzoeken in hoeveel hulp een speler nodig heeft, zodat spelers zelf gaan waarnemen en keuzes gaan maken. Ook binnen de academie van FC Twente/Heracles is zelfregulatie een belangrijk onderdeel. Dat kun je stimuleren door de speler te vragen naar waarom hij iets doet, hoe hij dat zou moeten doen en wat dat dan voor de uitvoering betekent, zodat je hem zelf over spelprincipes laat nadenken.”

Pedagogische relatie

De tweede workshop werd geleid door Marit Gijsbers, Pedagogisch Regisseur bij de KNVB. Het pedagogisch verantwoord omgaan met spelers stond in haar verhaal centraal, omdat er áltijd sprake is van een pedagogische relatie tussen een speler en een trainer. “Als trainer moet je persoonlijke aandacht geven aan je spelers, een veilig en inclusief ontwikkelklimaat voor hen creëren en je moet handelen om het plezier en de ontwikkeling van de spelers te bevorderen. Daarbij is het belangrijk om rekening te houden met ontwikkelfases van spelers”, gaf ze de deelnemers mee. “Waar bevinden ze zich in hun ontwikkeling en wat betekent dat voor de begeleiding aan jouw team, de inhoud van de training en het coachen van de wedstrijd?”

Vervolgens betrok Gijsbers de deelnemers aan de hand van vijf stellingen, waarbij onder meer gediscussieerd werd over in hoeverre pedagogiek en prestatie elkaar in de weg zitten. Tot slot werd concreet de koppeling gemaakt naar hoe de trainers pedagogisch verantwoord om kunnen gaan met spelers die deelnemen aan het JPN, omdat zij hier veel korter aanwezig zijn dan bij de eigen vereniging.

Oprechte interesse

Het gaat om maatwerk als je al die individuen het allerbeste uit zichzelf wil laten halen

Pieter Schrassert Bert, nationaal coach van de jongens O16, completeerde het drietal workshopleiders. Hij schetste hoe de team- en individuele ontwikkeling hand in hand gaan. Door een individu boven zichzelf uit te laten stijgen, kun je het team beter maken. Andersom werkt dat natuurlijk ook. “Het gaat om maatwerk als je al die individuen het allerbeste uit zichzelf wil laten halen. Toon oprechte interesse in ze, geef ze vertrouwen en licht spelers individueel uit. Hoe lekker is het als een trainer benadrukt hoe goed een speler is, en hem vervolgens nog even influistert dat hij wel op zijn omschakeling moet letten? Uiteindelijk moeten al die individuen samen weer een team vormen. Dat is cruciaal en in dat proces kom je hobbels tegen. Spelers zullen eens minder geconcentreerd zijn voor een oefenwedstrijd of boos omdat ze op de bank moeten beginnen. Verlies jezelf daar niet in. Conflicten horen erbij en je wordt er met elkaar alleen maar sterker van.”

Bemoedigend

Als organisator kon Jeltema niet anders dan tevreden terugblikken. “De voorbereiding op en afstemming van deze JPN-dag bracht verschillende afdelingen binnen de KNVB dicht bij elkaar”, besluit hij. “Het is zeer bemoedigend dat collega’s van binnen én buiten de KNVB hun medewerking wilden verlenen door workshops te geven of er actief aan deel te nemen. Dat maakt ons uniek. Het aanbod van workshops zullen we in dit nieuwe jaar dan ook zeker stimuleren en toegankelijk maken.”


Gerelateerd nieuws

Laatste artikelen