Bezoeken aan scheidsrechtersverenigingen zorgen voor meer onderling begrip

Arbitrage-ontwikkelaars Rutger Bekebrede en Rens Bluemink gaan bij scheidsrechtersverenigingen langs om een beter beeld te krijgen van wat er speelt. - Foto: KNVB Media

Welke vragen leven er precies bij scheidsrechters? Tegen welke problemen lopen zij aan? En wat kan de KNVB doen om de scheidsrechters te helpen hun hobby zo goed mogelijk uit te voeren? Om het antwoord op deze en andere vragen te vinden, bezochten Rutger Bekebrede en Rens Bluemink dit seizoen een groot aantal verenigingen van de COVS in de regio Oost. In dit artikel delen de arbitrage-ontwikkelaars hun ervaringen.

“We willen het ‘vak’ van scheidsrechter zo leuk mogelijk maken en iedereen die wedstrijden in goede banen leidt zo goed mogelijk faciliteren. Dit hopen we samen met de scheidsrechters te bewerkstelligen. Daarom zijn we bij de verschillende verenigingen van de Centrale Organisatie van Voetbal Scheidsrechters langsgegaan om een beter beeld te krijgen van wat er leeft op het veld en wat er speelt bij scheidsrechters”, legt Rutger Bekebrede uit.

De COVS is de landelijke, overkoepelende organisatie van scheidsrechtersverenigingen binnen Nederland. De organisatie is opgebouwd uit verschillende verenigingen uit het hele land. In de regio Oost zijn dertien van deze verenigingen gevestigd. Bekebrede en Bluemink hebben er in de eerste paar maanden van dit seizoen, voordat in oktober de nieuwe coronamaatregelen in gingen, al acht bezocht.

“Tijdens onze bezoeken geven we eerst een korte presentatie waarin we onder meer aangeven met welke zaken wij bezig zijn. Uiteraard ging het ook over het coronavirus en de gevolgen voor de scheidsrechters. Daarna ontstond vaak al snel een levendig gesprek waarin scheidsrechters hun vragen aan ons konden stellen. We hebben daarnaast op de avond zelf via een online systeem drie vragen aan de scheidsrechters gesteld: wat vind je leuk aan het fluiten, op welke manier kan de KNVB de scheidsrechters beter helpen en welke tips heb je voor ons? De feedback gaan we analyseren, waarna we een prioriteitenlijst gaan maken om mee aan de slag te gaan. De input van de scheidsrechters vormt dus de basis voor waar wij in de tweede seizoenshelft mee aan de slag gaan”, zegt Bluemink.

Goede wisselwerking

Tijdens de bezoeken van Bekebrede en Bluemink aan de verenigingen kwamen er diverse onderwerpen aan bod. Een aantal terugkerende onderwerpen waren de reservelijst voor scheidsrechters, het invullen van het mDWF en de aanschaf van een nieuw tenue. Door met elkaar in gesprek te gaan konden Bekebrede en Bluemink meteen uitgebreid toelichting geven bij hun antwoorden op de vragen van de scheidsrechters. Bluemink: “Omdat je een achtergrond kunt schetsen bij bepaalde zaken, kweek je meteen meer begrip. We merkten dat de scheidsrechters heel positief reageerden op de gesprekken. Er ontstond een heel goede wisselwerking.”

Actiepunten opstellen

Vanwege de nieuwe coronamaatregelen moesten Bekebrede en Bluemink hun bezoeken stopzetten, maar als het aan de twee arbitrage-ontwikkelaars ligt gaan zij weer door zodra de situatie het toelaat. Bluemink: “Als we alle verenigingen hebben bezocht, is een compleet beeld ontstaan van de wensen en behoeften van de scheidsrechters. Aan de hand hiervan stellen wij een aantal actiepunten op. We willen in de tweede seizoenshelft teruggaan om ook individuele vragen te beantwoorden door middel van een inloopspreekuur.”

Volgens Bekebrede zijn de bezoeken aan de scheidsrechtersverenigingen enorm waardevol, zowel voor de KNVB als voor de scheidsrechters. “We zijn allemaal voetballiefhebbers en delen dezelfde hobby. Als er dingen niet goed gaan, zoeken we samen naar een oplossing. Door soms bepaalde zaken te veranderen blijft het voor iedereen leuk en uitdagend om wedstrijden te leiden. Door in gesprek te gaan en in gesprek te blijven met de scheidsrechters ontwikkelen we een relatie voor de lange termijn. Daar profiteert de KNVB van omdat mensen langer aan ons verbonden blijven, maar ook de scheidsrechters zelf hebben profijt omdat het fluitplezier vergroot wordt. Het mes snijdt dus aan twee kanten.”