Er is iets mis gegaan.

Het lukt niet om de pagina die je zocht op KNVB.nl te laden.

Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.

Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.

Zaalvoetbalcoach Benhammou geniet van voetbalmaf Indonesië

Ruud Scheper
KNVB Media
9 februari 2019, 17:30

Hicham Benhammou (midden) met de Nederlandse zaalvoetballer Khalid el Hattach (links). - Foto: Hicham Benhammou

Competitiewedstrijden voor vierduizend toeschouwers, wildvreemden die hem op straat aanklampen of ze met hem op de foto mogen of spelers met honderdduizenden volgers op Instagram; voor zaalvoetbalcoach Hicham Benhammou (33) is het inmiddels de normaalste zaak van de wereld. “Zaalvoetbal leeft in Indonesië. Het is belachelijk wat er hier af en toe gebeurt.”

Spelers zijn echte sterren, ze zijn na afloop zo een uur bezig om van de kleedkamer naar de bus te komen

Vier weken terug tekende de Zeeuwse zaalvoetbalcoach voor anderhalf jaar bij het Indonesische Bintang Timur Surabaya. Of hij het kunstje van twee jaar terug nog een keer wilde herhalen, toen hij met FC Vamos Mataram uit geslagen positie landskampioen werd? Benhammou lacht. “Natuurlijk gaan we weer voor het hoogst haalbare. Maar dat doen die andere clubs ook. Iedereen wil eerst bij de Final Four komen en die vervolgens winnen. Voor ons is dat niet anders.”

Onverwachte overstap

Twee jaar geleden maakte Benhammou voor het eerst kennis met de grootsheid van de Indonesische zaalvoetbalcompetitie. Midden in het seizoen bij Groene Ster Vlissingen kwam er een telefoontje van FC Vamos Mataram. Groene Ster gunde hem zijn avontuur. “Nee, dat was geen overstap waar ik direct rekening mee had gehouden.”

Hicham Benhammou in zijn vorige periode bij FC Vamos Mataram.

Toch kwam het er van en dat zat zo; een paar jaar eerder speelde hij met de Zeeuwse club een oefenwedstrijd tegen het Thailand van bondscoach Vic Hermans, een icoon in de zaalvoetbalwereld. De twee konden het goed vinden en hielden contact. Toen Hermans, op dat moment bondscoach van Indonesië, hoorde dat FC Vamos een nieuwe trainer zocht, dacht hij direct aan Benhammou. ‘Is dat niet wat voor jou’, vroeg hij de jonge coach. ‘Absoluut’, reageerde die enthousiast.

Skype-gesprekken

Na een paar Skype-gesprekken met de voorzitter was Benhammou er wel uit; deze stap moest hij maken. “Zo’n kans krijg je misschien nooit meer.” Enige nadeel; hij moest er wel alleen naar toe. “Dat was lastig ja”, geeft hij toe. “Ik moest mijn vrouw en drie jonge kinderen thuis achterlaten.” Gelukkig was het maar voor een paar weken.

Als je een gewone competitiewedstrijd speelt, zitten er zo een paar duizend man op de tribune

In Indonesië keek hij zijn ogen uit. “Het zaalvoetbal is hier ontzettend groot. Als je een gewone competitiewedstrijd speelt, zitten er zo een paar duizend man op de tribune. Later in de Final Four speelden we zelfs voor acht- á negenduizend man. Geweldig wat een sfeer. Spelers zijn echte sterren, ze zijn na afloop zo een uur bezig om van de kleedkamer naar de bus te komen.”

’t Knooppunt

Een paar weken later landde hij weer op Schiphol met de Indonesische titel op zak. Nauwelijks stond hij weer op Nederlandse bodem of ’t Knooppunt hing aan de telefoon. Benhammou hapte toe. Een mooi jaar volgde, maar het einde was minder prettig; de club hield op te bestaan. De coach moest op zoek naar een nieuwe club.

Benhammou bij de ondertekening van zijn contract bij Bintang Timur Surabaya.

Over gebrek aan belangstelling had de Zeeuwse oefenmeester niet te klagen. Verschillende clubs uit diverse landen zagen hem graag komen. Uiteindelijk viel de keuze op Bintang Timur Surabaya, een ambitieuze topploeg uit het noordoosten van Indonesië. “De faciliteiten zijn echt top”, geniet Benhammou. “We hebben een eigen Futsal Arena met meerdere velden, diverse kleedkamers, een besprekingskamer en een eigen keuken. Beter kan eigenlijk niet.”

Eigen tolk en chauffeur

Ook hijzelf heeft over niets te klagen. “Ik heb een fantastisch appartement, een eigen tolk en een chauffeur die 24 uur per dag voor me klaarstaat.” Veel gebruik maakt hij overigens niet van dat appartement. “Ik ben meestal van 8:30 tot 22:30 uur op de club.” ‘Thuis’ heeft hij toch verder niemand die op hem wacht. “Mijn vrouw en kinderen zijn ook nu in Nederland gebleven. Ja, dat blijft lastig. We hebben het wel zo geregeld dat we elkaar elke zes weken in ieder geval kunnen zien, maar ideaal is het niet.”

We hebben een eigen Futsal Arena met meerdere velden, diverse kleedkamers, een besprekingskamer en een eigen keuken

Onlangs kreeg hij een foto uit Nederland via WhatsApp. Zijn vrouw en kinderen mét een sneeuwpop. ‘Papa, we miss you’, stond erbij. “Dat was even een moeilijk moment, daar zal ik eerlijk in zijn. Maar niemand die me heeft gedwongen om  hier te zijn hè, zo is het ook. Misschien dat ik ze in de toekomst wel kan laten overkomen, het liefst heb je je gezin toch bij je. Maar dat is iets voor later. Je wilt ze ook niet zomaar uit hun vertrouwde omgeving weghalen.”

De toekomst

Hoe hij die toekomst voor zich ziet? “Poeh, geen idee”, is Benhammou eerlijk. “Ik heb hier een contract tot eind volgend seizoen, zeg maar april 2020. Wat ik daarna ga doen, weet ik niet. Dat moet dan maar blijken. Ik had nooit gedacht dat ik hier op dit moment zou zijn, dus wat heeft het dan voor zin om plannen daarover te maken?”

Gerelateerd nieuws

Laatste artikelen