Vrouwen PEC Zwolle streven naar topsportcultuur

Foto:

De vrouwen van PEC Zwolle zullen er komend jaar alles aan doen om niet ‘het lelijke eendje van de competitie’ te zijn. Dat vertelt trainer Sebastiaan Borgardijn tijdens de officiële aftrap van het nieuwe Eredivisieseizoen voor vrouwen.

PEC Zwolle speelde de afgelopen jaren steevast om de onderste plekken. Vanzelfsprekend formuleerde ook Borgardijn enkele doelstellingen voor komend seizoen, maar een bepaalde positie op de ranglijst is daar geen van. De trainer legt uit.

Topsportcultuur

“We moeten uitstralen dat ploegen niet zomaar even drie punten kunnen komen ophalen in Zwolle. Daar is een topsportcultuur voor nodig. Twee seizoenen geleden verloren we met maar liefst 9-0 van ADO Den Haag, zulke scores willen we absoluut niet meer. We moeten nog meer toe naar een zo’n topsportcultuur, qua lifestyle en ontwikkeling. Dan praat ik over het individu, maar ook over de club. De randvoorwaarden moeten goed zijn.”

“We trainen wekelijks vier keer met de groep en daarnaast volgen de spelers een individueel programma. Alle meiden werken of studeren naast het voetbal, maar ze moeten zich bewust zijn van hun leven als topsporter. We willen ons graag identificeren met de mannen van PEC Zwolle. Ze hebben vanuit de Zwolse clubcultuur een lange weg bewandeld vanuit de Jupiler League. Met de manier waarop zij toen speelden, spelen ze nog steeds in de Eredivisie. Uiteindelijk is het natuurlijk belangrijk om de balans tussen willen en kunnen realistisch te houden, maar we kunnen er in eerste instantie wel voor gaan zorgen dat we minder makkelijk verliezen”, aldus Borgardijn.

‘Proces is leidend’

De doelstelling voor de vrouwen van PEC Zwolle zit volgens Borgardijn in het proces dat het team moet doormaken, niet in het directe resultaat. “Misschien hebben we wel meer aan drie gelijke spelen, dan aan een overwinning, gelijkspel en verliespartij waarbij we enkel met de kont in de zestienmeter hebben gehangen. Het proces is leidend, focussen op de korte termijn gaat altijd ten koste van de lange termijn.”

“Het zou eventueel zo kunnen zijn dat we laatste worden en toch tevreden zijn, maar wie gaat uitspreken dat hij best laatste wil worden? En zeggen dat je graag een-na-laatste wil worden is ook een beetje raar. Vandaar dat we geen plek uitspreken. Het verschilt nogal of je met vijf punten onderaan staat, of met dertig.”